Posts tonen met het label poëzie(?). Alle posts tonen
Posts tonen met het label poëzie(?). Alle posts tonen

donderdag 3 november 2011

Telefoonpoëzie

C(arlien): Hoi!
M(ama): Hoi!
[twee tellen stilte en dan… één vraag in
en eentje uit onze telefoons]
M: Hoe gaat het?
C: Komt het uit?
M: Nee
[een korte pauze].
Ik zit midden in een workshop kransen maken van boterhamzakjes.

donderdag 18 maart 2010

Jack, Kim en hun paarden

Ik ben bevriend met een Engelsman, laten we hem Pete noemen, of nee Jack, Jack is beter. Ik leerde hem kennen toen ik in Engeland woonde. Eigenlijk zag ik hem in de tijd daarna meer dan toen wij elkaars dorpelingen waren. Jack is een attente aardigerd en hij is daarbij ook nog eens slim, maar… Jack heeft een vervelende onhebbelijkheid. Hij kijkt een gegeven paard in de bek, vindt er ontstoken tandvlees en laat duidelijk merken dat hij niks met de kneus kan en niets snapt van de gever en zijn klaarblijkelijke domheid.

Toen ik eens na kerst een paar dagen bij mijn Engelse vriend logeerde, recenseerde hij de cadeaus afkomstig van zijn vader en broer. O wat was ik blij dat ik bij aankomst niet meer dan een paar kilo vacuüm verpakte kaas uit mijn tas tevoorschijn had getoverd. Amsterdamse kaas was een lekker(e,) veilige keuze.

Het jaar erop was ik creatiever én meer onbezonnen. Ik gaf Jack bij de kaas een kussensloop met daarop gedrukt een persoonlijk gedicht van mij voor hem:

A little read and a ‘Sweetie, sleep tight!’,
the beginnings of just another great night.

A pirate I am, huge treasures I win,
sea-gulls I scare, I get drunk on the gin.
As an inventor I rejoice others with
winged shoes and a perfect peacemaking myth.
On a desert island I’m enjoying a fig,
I own a museum, I’m giving a gig.

I awake, dreams leave me, but confidence I gain,
for I know hero Jack I shall always remain.

Bij het krijgen zei Jack niet: “You shouldn’t have!”
Dát zou goed zijn geweest.
Ik zou hebben gedacht dat dit Engelse beleefd- en bescheidenheid was en hij… hij zou blij zijn mij niet voor de kop te hebben gestoten en dat zonder ook maar één pijnlijke leugen op te dissen.
Maar nee, er kwam niets positiefs uit Jacks mond. De complimenten die in mijn hoofd al rondjes dansten vanaf het geefmoment zweeg hij aan gruzelementen.
Ik was verward. Oké, hij bleek rolkussens te hebben, wat mijn cadeau als gebruiksvoorwerp ietwat nutteloos maakte, maar was het daarom meteen een knudde geschenk?

Ik was even niet zo blij met Jack, maar… het kan waarlijk erger.
Toen ik op de basisschool zat, was ik uitgenodigd op het kinderfeestje van een klasgenootje, voor nu doop ik haar maar even Kim. Van een vriendinnetje kreeg ze twee cadeautjes. Het eerste werd uitgepakt en door Kim stilzwijgend terzijde gelegd, het tweede - een doosje Bruynzeelpotloden - kreeg bij het uitpakken een hele zin: “O, hek à.” (Dit is teleurgesteld Twents voor “O, heb ik al”).

Gelukkig voor het kleine geefstertje werd later die middag op de hei “Er zat een klein zigeunermeisje, huilend op een steen” gespeeld.
Een mooie kindervariant op de beroemde Fishermen’s friends!

zondag 14 maart 2010

Kurt Schwitters

Deze week is een Duitser aan wie ik doorgaans niet buitengewoon veel denk zomaar twee keer in mijn hoofd opgekomen: Kurt Schwitters ploep Kurt Schwitters.

Op dinsdag voelde ik de lente en hoorden mijn oren het zangerige 'twie--juh twie--juh'. Het ‘tuiiEe tuiiEe’ dat ik ken uit Schwitters klankgedicht de Ursonate.

Vier dagen later waren de beste man en zijn werk opnieuw op visite in mijn bolletje, nadat ik - per ongeluk en helemaal uit het niets - de naam 'plukje ploink' verzon, bijna een mini-klankgedicht op zichzelf. (Wat ik ermee moet, weet ik niet. Ik kan bij de naam natuurlijk een volstrekt gek project verzinnen of besluiten om twee asielkonijnen te adopteren waarvan het ene nogal plukkerig op me overkomt en het andere behoorlijk ploinkig, maar eh… tja, goh, mwah).

Voor wie ook kennis wil maken met een deel van Schwitters werk, klik op deze link
of (in een versie van Jaap Blonk) op deze of deze.

Om de tekst van het klankgedicht mee te lezen (dat heeft zeker meerwaarde!), open de pagina: http://www.ubu.com/historical/schwitters/ursonate.html
en scroll naar cuarta parte (het vierde deel).

Door op ‘<~ Vorige’ te klikken kom je terug op mijn pagina.

Veel luistergenot!

donderdag 7 januari 2010

maandag 15 juni 2009

Liefdesliedje

Je bent als het nieuwe Bluebandbrood.
Zo mooi lelieblank van buiten en binnen,
maar toch vol vezels en met de pit
die in een snee volkoren zit.

Als een klomp met naaldhak ben je.
De schoen van ’n ros Beyaard,
maar ook van een dame zo elegant
als een flamingo op het platteland.

Ik smelt van je zoetgevooisde stem
en houd van je geel geverfde haren
waarnaar eenieder maar blijft staren.
Zo weinigen kiezen de kleur van brem!

Naar jou verlang ik met heel mijn hart
met boezems, kamers, kleppen.
Zelfs al zou jij ooit verleppen
of al werd je gebit gitzwart…

… ik stortte gezwind mijn Leanderkont
in ’t woeste water van de Hellespont.
Ik zou godsgruuwlijk zwoegen

om mij in jou te voegen.

woensdag 6 mei 2009

Het leven...

Het leven is verrukkelijk,
het leven is afschuwelijk?
Ikkanniekiezuh.
Dan maar: het leven is afrukkelijk!

zaterdag 25 april 2009

Het gewicht van een gedicht

Voordat ik hem zag, hoorde ik hem: voormalig Dichter des Vaderlands Komrij. Als een echte Gabriël bracht Gerrit dinsdag een blijde boodschap aan alle beroeps- en hobbydichters. De winnaar van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd krijgt voor het schrijven van één gedicht 10.000 euro én “de mogelijkheid een bundel voor publicatie voor te leggen aan uitgeverij Augustus”. Bovendien wordt de beste inzending samen met de 99 andere in de top 100 gepubliceerd in een speciale bloemlezing.

Je raadt het al: het liefst zou ik onbeperkt mijn “poeetiese” verzen verzenden. Echter, nu ik vrij arm ben, moet ik kiezen (het opsturen kost per gedicht drie euro). Worden het mijn drie regels over mijn ontmoeting met een pissebed? Ga ik voor mijn vijf-strofige liefdesliedje dat is geïnspireerd op de dichtregels van de schrijvers uit een ver verleden die spotten met de epigonen van Petrarca? Ben ik koen en ietwat brutaal en durf ik mijn verzenpaar op te sturen over tongen met die jongen? Of maak ik toch iets nieuws?

Keuzes, keuzen, keuzes.

Ach, wie weet word ik op de valreep, net voor de sluitingsdatum van 1 november, plotsklaps zo stinkend rijk dat ik van gekkigheid niet meer weet waar in mijn bestanden en brein nog ballades, sonnetten en sinterklaasrijmen te vinden zijn waarvan ik het versturen mij zomaar ineens wél vreselijk goed veroorloven kan. Ook best een fijne gedachte eigenlijk. Hoewel… ik zou niet graag in een T-shirt rondlopen met de Twentse tekst: “Was ik moar artistiek in ploats van riek”. Tja, ik ben liever bij leven fantasierijk, dan een in de dood gewoon rijk lijk.

donderdag 11 december 2008

Sinterklaas I

Kennen jullie het servies van Blond? Ik zie de übermeisjesachtige kopjes en suikerpotten ervan steeds vaker om me heen opduiken. Hetzelfde geldt voor roze overhemden waarin mannen gevangen zitten. Mijn broertje van 27 heeft beide: veel Blondspulletjes en meerdere roze shirts vullen zijn kasten. Jullie zullen wel begrijpen dat ik toen ik voor zijn vriendin een Sinterklaassurprise moest maken, het niet kon laten om meteen ook maar mijn broertje zelf even op de hak te nemen. Per slot van rekening was hij degene die drie jaar geleden minimaal de helft van zijn gedicht voor onze moeder had besteed aan mij, de dochter die nu dan ein-de-lijk eens een vent meenam naar het ouderlijk huis.

Mijn cadeautje voor Joostebroer:

















ofwel: mijn geheel eigen variant op de originele, olijk gekleurde Oilily-look-alike kopjes zoals ze op het plaatje hieronder te zien zijn.













Mijn gedicht hierbij was het volgende:

Blond

De reden dat jongeheren
steeds vaker proberen
zich in zuurstokroze kledij te wringen?
Tja, jongedames houden van roze dingen.

Sint weet van een lange slungeljongen
die weliswaar niet tot roze werd gedwongen
maar door zijn vriendin werd geïnspireerd
en daarop is getransformeerd
van stoere black tie
naar watje pink guy
met roze fluffy bunnies aan zijn maat 46-voeten.
Je zou hem gewoon eens moeten ontmoeten!

Gelukkig is onze Joost nog geen Koos,
maar oppassen moet hij wel.
Want onder een Blondmeisjesdekbed liggen,
in een boxer zo roze als biggen,
met in de hand een uit een Blondpot geschonken kopje thee
… dit doodt iedere mannelijkheid, o jee, ach en wee!

Als ik, Bink Sint, Joost zou mogen dienen van advies
dan was het dit: haal en creëer je eigen servies.
Koop borden met borsten
en spoel je broodkorsten
weg met bier uit pullen
vol stierenlullen.
Toegegeven, “in touch” zijn met je “feminine side” is zeker heerlijk,
echter, voor echte mannen is ook de “manly” kant zeer onontbeerlijk.
Dus: wees goot in haarmoonie, mien kuuk’n!
En accepteer daj een wiese roat van Sinterkloas best ’ns kunt gebruuk’n.

Sintebink

P.S. De laatste verzen zijn bedoeld als Twents, het dialect van mijn geboortestreek. Vertaald luiden zij: Wees goed in balans, mijn jonkie. En accepteer dat je zo nu en dan best een wijze raad van Sinterklaas kunt gebruiken.